In de naam Osteopathie zijn de woorden Osteo,
wat bot betekent en Pathos wat ziekte of lijden betekent verwerkt. Maar Osteopathie
is meer dan alleen de behandeling van de wervelkolom of gewrichten. Ook spieren,
organen, zenuwstelsel, bloedvaten, lymfesysteem, schedel en de spierfascies
kunnen behandeld worden. Denk hierbij o.a. aan cranio-sacrale therapie en technieken
voor de fasciën.
De filosofie achter de osteopathie is dat het lichaam als een geheel werkt.
Structuur en functie worden vaak als aparte factoren gezien maar zijn onlosmakend
met elkaar verbonden. Het lichaam beschikt over zelf-regulerende mechanismen.
Als het lichaam zijn fysieke balans verliest moet de functie worden gecompenseerd.
De osteopaat probeert de fysieke balans te herstellen zodat het lichaam weer
normaal kan werken. Is de balans eenmaal herwonnen dan moet ook de functie
herstellen, tenzij de schade onherstelbaar is. Bij chronische klachten kan
osteopathie verlichting geven maar is volledig herstel vaak niet meer mogelijk.
De principes van de osteopathie zijn gebaseerd op de toegepaste kennis van
anatomie, fysiologie en pathologie.
In de praktijk betekent dit dat een probleem niet alleen lokaal bekeken
wordt, maar dat het gehele dier onderzocht wordt. Iedere structuur in het
lichaam kan ergens anders in het lichaam een probleem veroorzaken. Deze principes
voeren de osteopaat vaak naar de wervelkolom. Deze heeft een centrale rol
als as van het lichaam, maar ook als behuizing van het zenuwstelsel, zowel
het perifere als autonome zenuwstelsel.